Kan mijn kind gewasbescherming binnen krijgen?
Soms blijven er héle kleine hoeveelheden van een bestrijdingsmiddel achter op groenten en fruit. Dit noemen we residu. Hoeveel krijgt mijn kind hiervan binnen en is dit eigenlijk wel veilig? Ook hier zijn strenge regels voor.
Alle groente en fruit moeten voldoen aan de MRL (Maximale Residu Limiet)-norm – de maximale hoeveelheid die achterblijft na effectief bestrijden van de plaag op de plant. Deze maximale hoeveelheid residu is nog steeds veilig voor mens en milieu. Deze grenzen zijn in Europa extra streng en houden rekening met eetpatronen van baby’s en jonge kinderen, maar ook ouderen en zwangeren. Ook wordt hierbij rekening gehouden met wat een liefhebber maximaal op één dag eet en de hoeveelheid van een groente of fruit die iemand dagelijks, levenslang kan innemen zonder noemenswaardig effect op de gezondheid.
Hoe weten we zeker dat groente en fruit onder deze MRL-norm blijven? Dat is de taak van de NVWA; zij voeren zogenoemde NVWA-controles uit. Deze Nederlandse overheids instelling controleert of boeren zich aan de regels houden bij het juiste gebruik van gewasbescherming in de teelt en of groenten en fruit in de supermarkten voldoet aan de MRL-norm.
Hoe veilig is de MRL-norm? Wetenschappers houden een veiligheidsmarge van 100 keer lager aan dan wat schadelijk zou kunnen zijn.
Ook wordt er rekening gehouden met de verschillen per type groente en fruit:
- Bij het vaststellen van de MRL wordt eerst gekeken naar de hoeveelheid van een middel die de plaag bestrijd tijdens de teelt wanneer de schil er nog om zit. Dit noemen ze de effectiviteit.
- Vervolgens wordt in de risicobeoordeling voor de gezondheid een berekening gedaan waarbij ook rekening wordt gehouden met het deel dat daadwerkelijk opeten, en de omgevingsfactoren.
- Omdat we van sommige producten de schil eten en van andere niet, en we in de EU gedurende ons hele leven meer appels dan mango’s eten, zijn de risicobeoordelingen ook verschillend.
Stapelen van residuen
Voor elk type fruit en groente is er andere soort gewasbescherming nodig die effectief is tegen een bepaalde plaag (bijvoorbeeld schimmel op aardbei en rups op sla). Je krijgt dus meerdere soorten residu binnen door meerdere soorten voedsel te eten. Ook kunnen er meerdere stoffen op een soort groenten of fruit zitten. Er bestaat op dit moment nog geen risicobeoordeling waarbij modellen de stapeling van meerdere soorten residu meenemen. De gezondheidsvoordelen van variëren met groenten en fruit zijn en blijven nog steeds groot, ook t.o.v. het gevaar van meerdere soorten residu afkomstig van meerdere soorten gewasbescherming.
Appels met peren vergelijken
Gewasbescherming dringt minder door dikke schillen dan door dunne schillen heen. In de vrucht van de banaan zul je dus minder van gewasbescherming terugvinden dan op de schil van de banaan. Wil dit dan zeggen dat aardbeien minder goed zijn om aan je kind te geven? Nee, ook hier geldt; de maximale hoeveelheid van resten gewasbescherming zijn bepaald per gewas en verschillend voor bananen en aardbeien. De groeiomstandigheden en plagen zijn voor bananen heel anders dan voor aardbeien. Daardoor worden er dus andere middelen ingezet bij bananen dan bij aardbeien. Beide middelen moeten voldoen aan de afzonderlijk gestelde MRL waarden. Het is dus geen kwestie van appels met peren vergelijken.
Mede dankzij wet- en regelgeving kunnen we dus stellen dat je bij het eten van groente en fruit een residu van gewasbescherming binnen kunt krijgen in een hoeveelheid die niet schadelijk is voor onze gezondheid. Dit geld voor elk type groente en fruit wat in Nederland wordt verkocht. Hierbij maakt het niet uit of je het (voorverpakt) in de supermarkt koopt, bij de groenteboer of rechtstreeks bij de boer. Ook wanneer groente en fruit als ingrediënten voor kant-en-klaar producten worden gebruikt, voldoen deze aan dezelfde norm.